Ga naar de vernieuwde website van Advocaten.nl
Civiele procedure
Inleiding: Als mensen en bedrijven met elkaar in een conflict raken dat zij zelf niet kunnen oplossen volgt soms een rechtszaak. Deze brochure legt uit wie partij zijn in zo'n rechtszaak en hoe de behandeling van de zaak verloopt.
Zonder het te weten verrichten we elke dag juridische handelingen. Wie naar de bakker loopt voor een halfje bruin, gaat feitelijk een overeenkomst aan. De meeste afspraken die burgers onderling maken, verlopen probleemloos. Maar soms gaat het fout, bijvoorbeeld als de koper geen waar krijgt voor zijn geld. Nu zal een taal croissantje niet snel tot een serieus conflict leiden. Maar wat te doen als een nieuwe televisie kuren vertoont, de huisbaas het lekkende dak niet repareert of een werkgever iemand zomaar dreigt te ontslaan? Op dat moment kunnen burgers en bedrijven met elkaar in botsing komen. Als een goed gesprek geen uitkomst biedt, kan de gang naar de rechter volgen. Op dat moment krijgen de betrokkenen te maken met het civiele recht. Het civiele recht richt zich op alle handelingen tussen burgers onderling, tussen burgers en bedrijven en tussen bedrijven onderling. Het gaat om handelingen die in het vrije verkeer ontstaan, zonder dat de overheid zich daarmee heeft bemoeid. Daarmee verschilt het civiele recht van het strafrecht en het bestuursrecht. Bij deze rechtsvormen vervult de overheid juist wél een centrale rol.
De belangrijkste partijen in een civiel proces zijnde eiser en de gedaagde. Daarnaast spelen in civiele procedures getuigen vaak een rol. Deze brochure is bedoeld om uit te leggen hoe een civiele rechtszaak verloopt. Het gaat daarbij om zaken die met een dagvaarding beginnen. Rechtszaken die met een verzoekschrift aanhangig worden gemaakt, zoals bij familiezaken soms het geval is, worden hier niet behandeld.
De deelnemers aan een civiele procedure
De civiele rechter
Burgers die met elkaar in conflict raken, kunnen hun geschil voorleggen aan de civiele rechter. De rechter kijkt naar de feiten die de partijen naar voren brengen en luistert naar hun argumenten. Op basis hiervan komt hij tot een beslissing.
Iedere rechtbank heeft verschillende sectoren. Een civiele procedure wordt behandeld door een rechter van de sector kanton of de sector civiel. De zaak wordt behandeld door de sector kanton wanneer sprake is van:
In alle andere gevallen wordt de zaak behandeld door de sector civiel.
Eiser en gedaagde
De twee partijen in de civiele procedure heten eiser en gedaagde. De eiser begint de procedure met een vordering. De gedaagde is zijn tegenpartij: hij of zij moet zich in het proces tegen de vordering verweren.
De advocaat of gemachtigde
Wie als eiser of gedaagde aan een burgerlijk proces deelneemt, moet zich veelal laten bijstaan door een advocaat. Alleen bij de kantonrechter is een advocaat niet verplicht. Toch is het ook dan verstandig om de juridische hulp van een deskundige in te roepen. Het voeren van een procedure is vaak ingewikkeld.
Bij een deskundige hoeft u niet meteen te denken aan een advocaat. In een procedure bij de kantonrechter kunt u zich ook laten bijstaan door een deurwaarder of een vertegenwoordiger van een vakbond. Als u iemand inschakelt die geen advocaat is, moet u hem of haar machtigen. Bent u op zoek naar een advocaat, dan kunt u contact opnemen met een Bureau voor Rechtshulp in uw omgeving. Gegevens vindt u achter in de brochure.
Kosten voor juridische bijstand
Aan het inschakelen van een juridisch adviseur zijn meestal kosten verbonden. Als u deze kosten niet volledig kunt betalen, kunt u in aanmerking komen voor een toevoeging. In dat geval neemt de overheid een deel van de kosten voor haar rekening. U krijgt dan een advocaat toegewezen door de Raad voor Rechtsbijstand.
Of u in aanmerking komt voor een toevoeging, hangt af van uw financiële situatie. De Raad voor Rechtsbijstand kan u hier meer over vertellen. Gegevens vindt u achter in de brochure.
De procedures bij de sectoren kanton en civiel verlopen in grote lijnen hetzelfde. Deze brochure beschrijft de belangrijkste stappen. Wilt u precies weten hoe de procedures verlopen? De procedures bij de sectoren kanton en civiel worden uitvoerig beschreven in rolreglementen die voor alle rechtbanken gelden. U kunt deze rolreglementen vinden op internet (www.rechtspraak.nl). U kunt de reglementen ook inzien bij de rechtbank.
De kosten van een procedure
Aan het voeren van een gerechtelijke procedure zijn kosten verbonden.
Voordat de procedure begint, dient de eiser een bedrag aan de rechtbank te voldoen. De hoogte van deze griffierechten is in de wet bepaald. Hoe hoger het bedrag dat wordt gevorderd, des te hoger de griffierechten.
Dagvaarding
Nederland telt negentien rechtbanken. De woon- of vestigingsplaats van de gedaagde bepaalt doorgaans welke rechtbank de zaak behandelt.
Een civiele procedure begint met het uitbrengen van een dagvaarding door de eiser aan de gedaagde. In de dagvaarding staat wat de eiser van de gedaagde wil.
De eiser moet de dagvaarding zo uitgebreid mogelijk opstellen. Hij moet het geschil zo duidelijk mogelijk uiteenzetten en aangeven over welke bewijzen hij beschikt.
De dagvaarding kan het beste door een deurwaarder of een advocaat worden opgesteld. De dagvaarding moet door een gerechtsdeurwaarder bij de gedaagde worden bezorgd. Alleen als dat niet mogelijk is, mag de dagvaarding per post worden bezorgd.
Rolzitting
In de dagvaarding staat ook op welke dag en op welk tijdstip de zaak wordt behandeld. Deze behandeling noemen we een rolzitting. Het is niet nodig dat de partijen tijdens een rolzitting persoonlijk aanwezig zijn; ze kunnen hun standpunt ook schriftelijk kenbaar maken.
Tijdens de rolzitting bewaakt de rechtbank de procedure en de termijnen. De rechter kijkt of de proceshandelingen goed en tijdig zijn verricht. Zo wordt op de eerste zitting beoordeeld of de dagvaarding aan alle eisen voldoet. Als de gedaagde verweer voert, zal de rechtbank een termijn stellen waarbinnen het verweer door de rechtbank ontvangen moet zijn.
Enkel- of meervoudig
De zaken bij de sector kanton worden altijd enkelvoudig behandeld. Dat betekent dat slechts één rechter de beslissing neemt. De rechter wordt tijdens de zitting bijgestaan door een griffier. De griffier maakt aantekeningen van hetgeen op de zitting wordt gezegd.
Bij de sector civiel kunnende zaken zowel enkelvoudig als meervoudig worden behandeld. In het laatste geval zijn er drie rechters die de zaak beoordelen, bijgestaan door een griffier. Rechtbanken maken zelf uit of een zaak enkel- of meervoudig wordt behandeld. Voor de procedure maakt dit niets uit.
Verstek
Het kan voorkomen dat de gedaagde niet reageert op de dagvaarding en ook niet op de zitting verschijnt. In dat geval wordt door de rechtbank verstek verleend. Dit gebeurt op de eerste zitting of binnen enkele weken na de eerste zitting. Als verstek wordt verleend, neemt de rechtbank doorgaans de eis van de eiser in zijn vonnis over. Bijna altijd wordt de gedaagde daarnaast veroordeeld tot het betalen van kosten. Hierbij gaat het om de kosten van de dagvaarding, de griffierechten en de kosten die de eiser heeft betaald aan rechtsbijstand.
De gedaagde kan tegen een verstekvonnis in verzet gaan bij de rechtbank. Dat is iets anders dan hoger beroep. De gedaagde moet nu de eiser door een deurwaarder laten dagvaarden. De procedure begint als het ware opnieuw.
Uitstel van de procedure
Rechtbanken verlenen niet zo snel uitstel. In de rolreglementen leest u in welke gevallen de rechtbank aan een verzoek tot uitstel tegemoet kan komen. Het verzoek om uitstel moet bij voorkeur schriftelijk voorafgaand aan de zitting worden gedaan. Bij het verzoek moet duidelijk worden aangegeven waarom uitstel nodig is.
Verweer
Als de gedaagde het niet eens is met de vordering, kan hij daartegen verweer voeren. In het verweer zet de gedaagde zo helder mogelijk uiteen waarom hij de vordering onterecht vindt. De gedaagde moet ook aangeven over welke bewijzen hij beschikt. Het verweer wordt ook wel conclusie van antwoord genoemd.
De rechtbank gaat er vanuit dat het verweer schriftelijk wordt gevoerd. Het schriftelijk verweer moet voor de zitting in het bezit zijn van de griffie van de rechtbank. Zoals gezegd, mag een eiser of gedaagde een proces bij de kantonrechter zelf voeren; een advocaat is niet noodzakelijk.
Wie als gedaagde zelf procedeert, moet ook zelf zorgen voor een schriftelijke reactie op de dagvaarding. Daarnaast is het mogelijk en soms zelfs nodig om zelf op de zitting te verschijnen om mondeling het verweer te voeren.
Tegeneis
Soms is de gedaagde van mening dat hij ook iets heeft te vorderen van de eiser. Hij kan dan in een lopende procedure een vordering tegen de eiser instellen. Zon eis heet een tegeneis of een eis in reconventie. De rechtbank doet dan uitspraak in beide geschillen.
Comparitie
Na ontvangst van het verweer beoordeelt de rechtbank of partijen persoonlijk dienen te verschijnen voor de rechter. In juridisch jargon heet dat een comparitie. Dat is een zitting waarbij de eiser en de gedaagde de rechter mondeling nadere inlichtingen geven. De rechter kan ook een comparitie houden om te kijken of eiser en gedaagde tot een schikking kunnen komen. In dat geval komen eiser en gedaagde elkaar alsnog tegemoet en wordt de rechtszaak zonder vonnis beëindigd.
Na de comparitie
Na de comparitie beslist de rechter hoe de procedure verder verloopt. De rechter kan zonder verdere stappen vonnis wijzen. Hij kan ook de eiser en de gedaagde de gelegenheid geven de stellingen schriftelijk of mondeling nader toe te lichten. Een toelichting van de eiser heet in juridisch jargon repliek. Een toelichting van de gedaagde op zijn verweer wordt dupliek genoemd. De rechter kan ook aan de eiser of de gedaagde vragen met nader bewijs te komen. Bewijs kan schriftelijk worden geleverd door stukken te overhandigen, getuigen te laten horen of een deskundige in te schakelen. Over het verdere verloop van de procedure na comparitie worden partijen schriftelijk door de rechtbank geïnformeerd.
Kort geding of bodemprocedure
In sommige situaties is het belangrijk om heel snel een voorlopige uitspraak van de rechter te hebben. Denk bijvoorbeeld aan een staking of een ontruiming van een woning. In die gevallen kan een kortgeding procedure worden gevolgd. Bij een kort geding wordt de zaak mondeling behandeld. Als één van de partijen het niet eens is met de uitspraak in kort geding, kan deze in hoger beroep gaan bij het gerechtshof (appèlcollege) of een gewone procedure beginnen. Zon procedure heet dan een bodemprocedure. De uitspraak van de rechter in kort geding blijft dan gelden tot het moment waarop de rechter uitspraak doet in de bodemprocedure.
De rol van getuigen in een civiele procedure
Het kan voorkomen dat de rechter getuigen wil horen. Bijvoorbeeld omdat de partij die bewijs wil leveren dat wil doen door middel van een getuige. De getuige wordt opgeroepen via een dagvaarding of een aangetekende brief. Hierin staat waar en wanneer de getuige moet verschijnen.
Rechten en plichten van getuigen
Een getuige is verplicht te verschijnen. Als hij zonder geldige reden wegblijft, kan de politie worden ingeschakeld om hem te halen. Een getuige is eveneens verplicht om een verklaring af te leggen. Doet hij dat niet, dan kan de rechter hem laten gijzelen.
In dat geval wordt de getuige in hechtenis genomen en opgesloten in het huis van bewaring.
Verschoningsrecht
In sommige gevallen is de getuige niet verplicht een verklaring af te leggen, omdat hij een verschoningsrecht heeft. De getuige kan een beroep doen op het verschoningsrecht als hij:
Als de getuige denkt dat hij een beroep kan doen op het verschoningsrecht moet hij dat op de zitting zeggen. De rechtbank beslist of de getuige geen verklaring hoeft af te leggen.
Meineed
Voordat de getuige zijn verklaring aflegt, vraagt de rechtbank de eed of de belofte af te leggen. De getuigt zweert of belooft de waarheid te zullen spreken. Vertelt de getuige daarna met opzet niet de waarheid, dan maakt hij zich schuldig aan meineed. Meineed is een strafbaar feit. De getuige kan hiervoor worden vervolgd.
Het verhoor
De getuige wordt eerst door de rechter gehoord. Daarna kunnen de eiser en de gedaagde vragen stellen. Als er meer getuigen zijn opgeroepen dan worden die apart gehoord. De getuigen horen elkaars verklaringen dus niet.
De getuige kan alleen verklaren over dingen die hij zelf heeft gezien of gehoord. Zijn mening doet niet terzake. De getuige moet vertellen wat hij zich herinnert. Weet hij iets niet meer precies, dan moet hij dat zeggen. De verklaring van de getuige wordt op papier gezet. Daarna wordt de verklaring aan de getuige voorgelezen. Tenslotte wordt de getuige gevraagd de verklaring te tekenen. Als de getuige vindt dat er iets in de verklaring veranderd moet worden, dan kan hij de rechtbank vragen die verandering te laten aanbrengen.
Bewijsstukken zijn documenten waarmee de eiser of de gedaagde probeert aan te tonen dat hij gelijk heeft. Voorbeelden zijn notas, contracten of garantiebewijzen.
Het is aan te raden om alleen kopieën van bewijsstukken in te dienen. Originele bewijsstukken hoeven pas overhandigd te worden als de rechtbank dat vraagt.
Wanneer een partij dat wil, dan kan zij ook stukken bij de griffie van de rechtbank neerleggen.
Aan het eind van de procedure doet de rechtbank uitspraak. Deze uitspraak wordt vonnis genoemd. In het vonnis staat de beslissing van de rechtbank. De rechtbank kan de vordering geheel of gedeeltelijk toewijzen of de vordering afwijzen. Meestal moet de verliezende partij de proceskosten betalen. Proceskosten bestaan bijvoorbeeld uit de dagvaardingskosten, de kosten van griffierecht, de kosten van getuigen en een deel van de kosten voor de advocaat of de gemachtigde. De rechtbank stuurt het vonnis naar de eiser en de gedaagde. Als de eiser gebruik maakt van een advocaat of gemachtigde, dan ontvangt deze het vonnis.
Op voorhand is niet aan te geven hoe lang een civiele procedure duurt. De duur hangt af van de hoeveelheid zaken die de rechtbank moet behandelen, de complexiteit van de zaak en het verloop van de procedure (een getuigenverhoor maakt de procedure bijvoorbeeld langer).
In beroep tegen de beslissing van de rechter
De eiser en de gedaagde kunnen hoger beroep instellen als zij het niet eens zijn met het vonnis. Als de zaak niet om geld gaat, is hoger beroep altijd mogelijk. Is dat wél het geval, dan is hoger beroep alleen mogelijk als het belang hoger is dan Euro 1.750,-.
Hoger beroep moet binnen drie maanden nadat het vonnis is uitgesproken worden ingesteld. Het hoger beroep wordt behandeld door het gerechtshof. De eiser en de gedaagde moeten hiervoor altijd gebruikmaken van een advocaat.
Wanneer de rechter in zijn vonnis de zaak niet direct beslist, maar bijvoorbeeld een partij opdraagt bepaalde feiten te bewijzen, heet dat een tussenvonnis. Tegen een tussenvonnis kan hoger beroep alleen worden ingesteld wanneer de rechter dat in het tussenvonnis heeft bepaald.
Als het vonnis is uitgesproken, moet de verliezende partij daar zo snel mogelijk aan voldoen. Als de verliezende partij niet aan het vonnis voldoet, kan de winnende partij een deurwaarder inschakelen. Deze kan zonodig met dwangmiddelen (bijvoorbeeld beslag) de nakoming van het vonnis afdwingen. De kosten hiervan komen voor rekening van de verliezer.
Adressen rechtbanken en gerechtshovenRaden voor rechtsbijstand
Minder draagkrachtigen kunnen een tegemoetkoming krijgen in de kosten van rechtsbij stand. Op de website van de Raden voor Rechtsbijstand (www.rvr.org) staan de criteria waaraan u moet voldoen om in aanmerking te komen voor gesubsidieerde rechtsbijstand. Ook vindt u er de adressen en kunt u lezen hoe u een toevoeging kunt aanvragen.
Bureaus voor rechtshulp
De Bureaus voor Rechtshulp verlenen rechtsbijstand aan burgers met lage en middeninkomens. Zij zijn gespecialiseerd in vraagstukken over werk, uitkeringen, huren en wonen, vreemdelingenzaken en consumentenkwesties. Daarnaast beschikken de Bureaus voor Rechtshulp over specialisten op het gebied van milieurecht, slachtofferhulp, oorlogsslachtoffers en woonwagenbewoners. Een eerste bezoek aan het spreekuur is gratis. De Bureaus voor Rechtshulp zijn op veel plaatsen gevestigd. Op de website (www.bvr.rechtsbijstand.net) vindt u de adressen.
Koninklijke beroepsorganisatie voor gerechtsdeurwaarders
Het beroep van gerechtsdeurwaarder kent twee kanten. Enerzijds is de gerechtsdeurwaarder een openbaar ambtenaar die door de Kroon is benoemd, belast met de ondersteuning van de uitvoering van de rechtspraak. Aan de andere kant is een gerechtsdeurwaarder een juridisch adviseur die incasso opdrachten kan uitvoeren. Op de website (www.kbvg.nl) vindt u adressen en meer informatie.
Comparitie van partijen: |
Het persoonlijk verschijnen van partijen voor de rechter, meestal om te proberen tot een schikking te komen of om nadere inlichtingen te verschaffen. |
Conclusie van antwoord: |
Verweer dat de gedaagde bij eerste gelegenheid tegen deels naar voren brengt. |
Dagvaarding: |
Oproep om voor de rechtbank te verschijnen. |
Deurwaarder: |
Ambtenaar die belast is met het uitvoeren van vonnissen en het uitbrengen van dagvaardingen en andere stukken. |
Eiser, eisende partij: |
Degene die een zaak voor de rechter brengt door het uitbrengen van een dagvaarding. |
Enkelvoudige kamer: |
Zitting met een rechter die rechtspreekt. Zie ook Meervoudige kamer. |
Gedaagde, gedaagde partij: |
De partij die in de dagvaarding door de eiser wordt opgeroepen om voor de rechtbank te verschijnen |
Getuige: |
Persoon die tijdens een rechtszaak een verklaring onder ede aflegt over hetgeen hij heeft waargenomen. |
Griffierecht: |
Bedrag dat de eiser aan de rechtbank moet betalen als hij een civiele of bestuursrechtzaak begint. |
Kort geding: |
Procedure voor de Voorzieningenrechter van de rechtbank, waarbij een voorlopige maatregel (een zogenaamde voorlopige voorziening) kan worden gevraagd in een spoedeisende zaak. |
Meervoudige kamer: |
Kamer van een rechtbank die bestaat uit drie rechters. De meervoudige kamer beslist over zware of ingewikkelde zaken. |
Meineed: |
Het niet spreken van de waarheid nadat men door middel van een eed of belofte heeft beloofd de waarheid te vertellen. Dit is een strafbaar feit waarvoor vervolging kan worden ingesteld. |
Pleidooi: |
Mondelinge toelichting op standpunt dat in het geding is ingenomen. |
Procureur: |
Persoon die een advocaat gebruikt indien een rechtszaak waarin hij een cliënt vertegenwoordigt, niet in zijn arrondissement wordt gehouden. In zijn eigen arrondissement treedt de advocaat zelf op als procureur. De taak van een procureur is ervoor te zorgen dat alle noodzakelijke processtukken bij de rechtbank en de advocaat terechtkomen. De advocaat blijft verantwoordelijk voor de rechtszaak en voert ook het woord. Een procureur mag alleen stukken inleveren bij de rechtbank waar hij staat ingeschreven. |
Reconventie: |
Tegeneis; een eis die de gedaagde indient tegelijk met de con-clusie van antwoord. |
Rol: |
Lijst van de civiele zaken die op de zitting worden behandeld, waarbij wordt aangegeven welke stukken de partijen moeten uitwisselen. |
Rolzaak: |
Procedure die (in beginsel) door een dagvaarding wordt aange-bracht voerde civiele rechter. |
Rolzitting: |
Zitting in civiele zaken waarop procedures worden behandeld en de stukken van de partijen worden uitgewisseld |
Schikking: |
Tussentijdse overeenkomst tussen partijen waarmee het con-flict is opgelost voordat de civiele of bestuursrechter een uit-spraak heeft gedaan. |
Toevoeging: |
Beslissing van de Raad voor Rechtsbijstand waarmee een rechtzoekende voor een bepaalde procedure een raadsman wordt toegewezen. |
Uitspraak: |
Algemene benaming voor beslissingen van de rechter. |
Verstekvonnis of bijverstek veroordeeld zijn: |
Veroordeling die wordt uitgesproken wanneer de gedaagde geen verweer heeft gevoerd in de procedure. |
Verschoningsrecht: |
Het recht dat een getuige heeft om vragen van de rechter niet te beantwoorden. Een getuige kan dit recht hebben op grond van zijn familierelatie met de verdachte of op grond van zijn beroep. Een getuige mag zich ook verschonen van het geven van een antwoord als hij zichzelf daardoor zeer belasten. |
Verweer: |
Datgene wat men aanvoert om stellingen van de tegenpartij te ontkrachten. |
Meer weten?
Meer informatie over civiel recht vindt u op de website www.rechtspraak.nl
Aan de inhoud van deze brochure kunnen geen rechten worden ontleend.